Er is een plaats waar jij
voor’t laatst nog levend was,
er is een plaats waar jij -vertrok-
Er is een plaats nog niet gevonden
en die wij zoeken elke dag.
Die plaats onvindbaar en verloren,
maakt je -alleen- zijn nog “alleen-er”.
Gisteren kwam ik -Jan- nog tegen,
en die vroeg:
“Heeft het al een plaats gekregen?”
Samen zijn wij voort gegaan
Ik heb een tijd gezwegen…
Pap…
